Dans la maison

Een van de openingsscènes van deze film bestaat uit een breedbeeld mozaïek waarin alle geüniformeerde leerlingen van een lyceum in willekeurige samenstelling in een flits voorbijkomen. Het mozaïek bevat steeds minder leerlingen, het beeld wordt steeds trager en de foto’s steeds groter, totdat er uiteindelijk slechts twee overblijven die – zo blijkt weldra – de hoofdpersonen zullen worden, naast de twee echtparen die de verbinding tussen beide leerlingen vormen.

Claude, een intelligente jongen van 16,  leeft alleen met zijn invalide vader. Zijn moeder is er vandoor gegaan toen hij negen was. Claude is een dromer. Zit soms op een bankje van een parkje dat omringd wordt door hele mooie huizen. Hij fantaseert hoe het zou zijn om als lid van zo’n familie in zo’n mooi huis te wonen. In zijn klas raakt hij bevriend met een jongen die in zo’n mooi huis woont. Toevallig is die jongen heel slecht in wiskunde en Claude juist heel goed. Ze besluiten om samen  huiswerk te maken. Op die manier dringt hij zichzelf zo’n mooi huis binnen. Hij schrijft hierover voor zijn leraar literatuur. Die raakt geboeid door goed geschreven enigszins voyeuristisch verhalen waarin Claude zijn huiswerkbezoeken beschrijft. “Wordt vervolgd” is steevast de slotzin.  Omdat zijn leraar schrijverstalenten vermoed geeft hij hem extra aandacht. Niet in het minst omdat hij, samen met zijn vrouw, benieuwd is naar het beloofde vervolg. Hoewel de opstellen uitsluitend bestemd zijn voor de leraar zelf laat hij ze ook aan zijn vrouw lezen en vraagt haar mening.
Het kinderloze echtpaar laat zich meeslepen door nieuwsgierigheid, puur voyeurisme zeg maar, uiteindelijk wordt dit hun ondergang.
Al met al krijgen we een mooi inkijkje in de privéwereld van het leraarsechtpaar, waarvan de vrouw een galerie heeft met moderne kunst die met opheffing bedreigd wordt. Ondanks de pornografische kunst die er op een bepaald moment staat tentoongesteld blijven kijkers en kopers weg. Deze tentoonstelling is haar strijd tegen de porno-industrie maar in feite zijn het gewoon opblaaspoppen uit een seksshop. Ook hangt er ergens een schilderij van penissen die met zijn vieren en hakenkruis vormen.  Als laatste redmiddel organiseert ze een tentoonstelling over moderne Chinese kunst. Stiekem heeft ze voor de vernissage ook de ouders van de vriend van Claude uitgenodigd, want over die mensen weet zij via de opstellen alles, ook intieme details, maar heeft ze nog nooit gezien en is nieuwsgierig.  De mening van de leraar over moderne kunst in het algemeen die hij gevraagd en ongevraagd ventileert is schitterend. Ik vermoed dat het ook de mening is van François Ozon, de regisseur.
Fictie en werkelijkheid lopen continu door elkaar. Is wat Claude schrijft de waarheid? Voice-overs verbinden fictie en werkelijkheid naadloos aan elkaar. De opstellen blijven komen en worden kritisch beoordeeld en soms zien we scenes opnieuw gespeeld maar dan waarin de opmerkingen van de leraar met terugwerkende kracht zijn verwerkt.
De leraar maakt schema’s hoe je een goed boek moet schrijven, je zou het ook filmscripts kunnen noemen. Er is een hoofdpersoon die een ideaal heeft, dat is altijd de basis. Onderweg naar dat ideaal komt de hoofdpersoon allerlei obstakels tegen die overwonnen moeten worden.
De ouders van zijn medeleerling zijn op hun manier ook een beetje sneu. De vader werkt hard terwijl zijn directeur er met de eer en de centen gaat strijken. (hij wordt later ook ontslagen). Zijn moeder studeerde binnenhuisarchitectuur maar is gestopt toen zij het kind kreeg. Later wil ze haar studie weer oppakken. Ze droomt nu van een nieuwe inrichting en verbouwing van haar huidige woning. Zo heeft iedereen zijn dromen.  De relatie tussen Claude en de moeder is af en toe een beetje broeierig. Ozon maakt gebruik van suggestieve symbolen, metaforen zo je wilt, zo laat hij de moeder, als ze samen met Claude, voor hun huis, op een bankje zit een appel eten. Nou dan weet je het wel.  Terwijl ook enige seksualiteit  gesuggereerd wordt tussen Claude en de galeriehoudster.  Claude weet op slinkse wijze ook het huis van zijn leraar binnen te dringen.
De galeriehoudster pakt op een bepaald moment haar koffers en vertrekt nadat haar man wordt ontslagen wegens fraude. Het hardwerkende echtpaar vertrekt naar China, want daar liggen goede toekomstkansen voor hardwerkende mensen.

Aan het einde van de film zitten Claude en zijn “professeur”, in de avondschemering, op een bankje van een “instituut” met uitzicht op een appartementsgebouw van circa 10 woningen breed,  en 4 lagen hoog waarin achter elk verlicht raam “dingen” gebeuren, mensen ruzie maken, elkaar liefhebben, verzorgd worden, feesten, verveeld naar de televisie liggen te hangen.  We zijn getuigen van een moord. Deze eind scene had voor mij véél langer mogen duren want er was nog zó veel te zien.
Elk “Maison” vertelt zijn eigen verhaal. De wereld zit vol mensen, vol dromen en vol verhalen.

zie filmhuis

Lunchconcert

Het Residentie Orkest verzorgt regelmatig lunchconcerten waarbij het orkest repeteert voor het concert van het komende weekend. Dé gelegenheid om een kijkje in de keuken te nemen en te zien hoe elke dirigent een eigen aanpak heeft en hoe een toporkest functioneert.
Vanmiddag was ik er weer. Op het programma van aanstaand weekend staan werken voor orkest en cello van Berlioz, Saint-Saëns en Franck. Maar helaas, maar ook weer niet helemaal helaas, kregen we een stuk van Jacques Offenbach te horen. Jaques Offenbach? operette, can-can enzo. Ik zat niet echt te springen op mijn stoel.
We waren bevoorrecht vertelde de presentator. Vanmiddag zou een uniek optreden plaatsvinden want dit zou verder niet meer in Den Haag gespeeld ten gehore worden gebracht. We gingen luisteren naar Offenbach’s Grand Concerto, de concerto militaire met als solist de beroemde Franse cellist Jérôme Pernoo. Alles onder de leiding van een eveneens beroemde dirigent, de Amerikaan Andrew Grams.
Het eerste wat opviel toen ik de zaal in kwam was de opstelling van het orkest. Normaal gesproken staat de gouden harp altijd links op het toneel, dan de violen en rechts van de dirigent volgen dan de grotere vioolfamilieleden, oplopend in grootte tot aan de contrabassen toe. Vandaag stond alles in spiegelbeeld opgesteld. Na afloop vertelde een van de violistes ons (we waren met een paar bezoekers naar voren gelopen om hierover opheldering te vragen) dat deze opstelling de nadrukkelijk wens van de dirigent was omdat de klank van het orkest hierdoor beter zou zijn.
Muziek is in eerste instantie natuurlijk iets om naar te luisteren. Maar in dit geval was het ook een genot om naar te kijken. De cellist speelde virtuoos en ontspannen. Hij was als het ware één met zijn instrument, hij wàs de muziek die hij speelde. Het stuk zelf, typisch Frans met de nodige militaire paukenslagen en tromgeroffel, was verder vrolijk en opgewekt.
De lunchconcerten vinden meestal plaats op donderdag, duren niet langer dan een half uur (er zijn uitzonderingen) en zijn gratis toegankelijk.
Het volgende lunchconcert is op 29 november, 12.30 uur, dirigent Jun Märkl. Op het programma staan stukken van Dvorák en Prokofjev (maar voor hetzelfde geld krijg je wat anders te horen).

Bouw omstreden Spuiforum vandaag van start gegaan

Zonder de toestemming van de bevoegde overheden af te wachten is men vandaag onverwacht met de bouw van het omstreden Spuiforum begonnen.

Als reden gaf men op niet te kunnen wachten met bouwen omdat anders het gebouw niet op tijd klaar zou zijn als Den Haag in 2018 Culturele Hoofdstad van Europa wordt.

Update 2 november 2012
Dit satirisch bedoelde berichtje bleek toch min of meer op waarheid te berusten. Op de dag dat ik deze foto nam en dit bericht plaatste, 1 november 2012, heeft het gemeentebestuur op diezelfde avond het principebesluit tot bouw van dit geldverslindende prestigeobject genomen, kosten 181 miljoen. Waarom niet gewoon 180 miljoen? We weten toch allemaal uit ervaring dat het uiteindelijk, als het meezit, gauw de 300 miljoen zal halen. Of moet die 1 miljoen de indruk wekken dat er zeer nauwkeurig gecalculeerd is? De tijd zal het leren.

Dag Maxima

Afbeelding

Toen ik vanmiddag weer eens over het Binnenhof liep merkte ik onder de bezoekers een bepaalde staat van opwinding. Ik wist dat Rutte zijn toekomstige kabinetsleden ontving (vanochtend had ik hier Lodewijk Asscher al voorbij zien komen) maar al gauw hoorde ik dat Prinses Maxima in aantocht was. Ze werd verwacht in de Ridderzaal om aanwezig te zijn bij het “Congres Samenwerken aan Internationale Voedselstabiliteit”. De man rechts van haar is onze loco-burgemeester Rabin Baldewsingh.

Jutterskeet

Jutterskeet
In de duinen van Kijkduin, een paar honderd meter achter het Atlantic Hotel staat een bijzonder gebouwtje. Het is een keet. Een jutterskeet. Ome Jan en zijn hulpjutter Rob zijn hier in de weekends meestal te vinden.

Alles wat op het strand gejut wordt word hier verzameld. Van kunstgebit tot bril. Er hangt een sleutelkast vol met gevonden sleutels, misschien moet ik zeggen: verloren sleutels. Flessen, veel speelgoed en wat al niet. Zelfs boeken zag ik liggen. Lege flessen uiteraard.
Je kunt er wat te drinken kopen, wat te snoepen of een grote zure bom.
De keet is opgebouwd van gevonden hout. De buitenmuren zijn bedekt met voorwerpen en waar plaats is staat een spreuk. “De cursus omgaan met teleurstellingen gaat helaas niet door” , of “niet alle kwallen zwemmen in zee”.
Er is een terras waar je de schaduw kunt vinden als de zon te fel is of schuilen tegen de regen.
Het is een vrij onbekend Haags Museum, het heeft geen lange gangen met mooie zalen, entree hoef je niet te betalen.