
Ik ben er helemaal niet zo dol op
Eigenlijk lust ik ze niet eens
Maar elk najaar, als Jan Vermolen zijn beide oliebollenkramen weer heeft geplaatst op het Spuiplein en aan het Plein, waar zijn zoon Frederico de scepter zwaait (zijn andere zoon, Jantje, is keeper bij Ajax), wordt ik weer een beetje blij van deze vrolijke Oudhollandse Gebakskramen met een duidelijke apres-ski uitstraling. Het wachten is nu natuurlijk op de uitslag van de Landelijke Nationale Oliebollentest. Mocht Jan in de top komen dan worden de rijen onvoorstelbaar lang.
In 2007 werden ze (met een 9) zesde, maar wel de nummer 1 in de Haagse regio.

Alleen tijdens de jaarwisseling, als mijn buurman zijn portiekgenoten heeft uitgenodigd voor een glaasje champagne, een uitgebreide vissalade en een schaal oliebollen en appelflappen wil ik er nog wel eens eentje wegknagen. Gewoon omdat het er bij hoort.
Ik ben een uitzondering ik weet het. Maar dat neemt niet weg dat ik wel kan genieten van al die gezellige verlichte verkooppunten waar zo heel veel Hagenaars en Hagenezen dol op zijn gezien de grote belangstelling vanaf half november al. Ik neem aan dat die oliebollen niet hoeven te wachten tot de 31 ste.
Ik heb me wel eens afgevraagd waar al die mooie oliebollenkramen na je jaarwisseling blijven. Op de website van Jan Vermolen & Zn lees ik dat ze dan de rest van het jaar gewoon als snack-wagens op kermissen staan.