Parijs is nog ver. Zeker als je Tommy heet: met zijn korte pootjes kan onze columnist niet bij de trappers. Sturen kan hij ook niet. Blaffen wel.
Ieder jaar gaan tienduizenden Nederlanders op vakantie naar Frankrijk. Alvorens te vertrekken binden ze thuis hun hond aan een boom. Al jaren is dit gedrag een doorn in het oog van de dierenbescherming. De redactie van Haagspraak maakte het dit jaar helemaal bont: ze namen hun hondje, mij, mee naar Frankrijk om me daar aan een boom vastgebonden achter te laten. En dan wilden ze ook nog eens dat ik de Tour ging verslaan.
Eén van de beesten die je hier in dit land als aan een boom gebonden hondje tegen kan komen is De Das. Dat is dan ook de bijnaam van de man die uit de provincie komt waar vandaag de Tour finisht: Bernard Hinault. Net als de andere Franse vijfvoudig tourwinnaar, Anquetil, die van zijn vrouw scheidde om met zijn schoondochter te trouwen, stond Hinault ook niet bekend om zijn sociale gedrag: zijn bijnaam dankte hij aan het feit dat hij altijd vooral aan zichzelf dacht. Gelukkig heb ik als verslaggever ‘de das’ dus nog niet hoeven interviewen.
De Bretonse etappe naar Fougières wordt een feestje voor de sprinters, die hier wel eens een laatste kans zouden hebben, voor ze de Champs-Elysees bereiken. De sprint loopt licht bergop, verwacht een wind die enigszins van achteren komt. Sprinters met power zijn hier in het voordeel. Denk aan Degenkolb, Sagan, Greipel, die al twee zeges binnen heeft. Mocht hij zijn treintje deze keer niet laten ontsporen zou u zelfs aan Cavendish kunnen denken. Ik durf het niet.
Woef.